Column van Geert Kimpen.
"Als we eenmaal een wens duidelijk geformuleerd hebben, gaat de hele kosmos aan de slag om ons te helpen om die wens te realiseren", zo luidt één van de oude mystieke wetten.
Toen ik, een paar maanden na het verschijnen van mijn debuut De Kabbalist, onthulde dat het hoofdpersonage van mijn volgende roman Isaac Newton zou zijn, ging de kosmos meteen aan het werk. De interviewer, Rinus van Warven, fluisterde me na het interview in het oor: "Ik ben vrijmetselaar. Binnen de Schotse Ritus heb ik de 30 ste graad van Ridder Kadosh. Als je op het spoor komt van het verband tussen Newton en vrijmetselarij, ben je van harte welkom..."
Rinus bleek een onuitputbare bron van informatie die me openhartig inwijdde in de geheimen van de vrijmetselarij en de poorten van zijn loge voor me openzwaaide. Via hem ontdekte ik de cruciale rol die Newton speelde bij het oprichten van de vrijmetselaarsloge.
Even later, tijdens het signeren, werd ik aangesproken door een professor in Luchtvaarttechnologie. Hij zei: "Ik gaf onlangs een college op de Universiteit van Delft. Toen ik de tweede wet van Newton op het bord krijtte, werd ik getroffen door de schoonheid ervan. Ik zei tegen de studenten: "Moet je kijken, dit is zo mooi, het lijkt wel een schilderij. Ik zie er gewoon kleuren in." Als ik je kan helpen met je boek, zal ik dat graag doen." Leo Können las niet alleen geduldig mijn manuscript door om me te behoeden voor wetenschappelijke kemels: hij gaf me privé colleges in zijn leslokaal, waarbij hij bevlogen formules op een vel papier schreef. Hij liet me zien dat wiskunde net zoveel schoonheid bezit als andere menselijke uitdrukkingsvormen, zoals taal, muziek, kunst of bouwwerken. Hij liet me ervaren dat er wetenschappers zijn die voorbij de grenzen durven te kijken van hun eigen specialistische blik op de werkelijkheid. Wetenschappers die weten dat de dooddoener "het is wetenschappelijk bewezen" altijd relatief en beperkt is binnen de grenzen van onze huidige kennis.
Ook bij de roman waar ik nu aan werk, was het een lezeres die me op het goede spoor zette. Tijdens een radio-interview had ik de twee onderwerpen waarover ik twijfelde, verwoord. Een paar weken later kreeg ik een mail waarin de lezeres deze twee ideeën combineerde. Mijn dubben was voorbij. Ik hoefde niet te kiezen, het waren inderdaad twee onderwerpen die wonderbaarlijk bij elkaar paste, maar dat had ik zelf nog niet bedacht.
Zo word ik eigenlijk dagelijks verwend door mijn lezers. Duizenden mailtjes mocht ik sinds het verschijnen van mijn debuut ontvangen. Mailtjes die ik allemaal persoonlijk beantwoord. Mijn lezers zijn een essentieel onderdeel van mijn werk. Het gesprek met hen is me dierbaar, inspireert me, bevestigt me en zet me aan het denken. Soms geven ze me moederlijk advies ("Let een beetje op je gezondheid, Geert, want ik zie dat je zoveel lezingen geeft"), soms vragen ze me advies. Soms is er wel eens eentje die me vraagt of ik vrijgezel ben (helaas, ik ben heel gelukkig getrouwd), en soms bieden ze me zelfs hun vakantiehuisje aan om te werken.
Ik geloof dat ik verwend ben met de aardigste en warmste lezers van Nederland.
Geert Kimpen (1965) debuteerde met de roman De Kabbalist die inmiddels 15 keer herdrukt is en uitkomt in 23 landen. Onlangs verscheen zijn tweede roman, De Geheime Newton, die inmiddels ook al drie herdrukken kent. Ondertussen schreef hij voor Happinez de boeken "Stap voor stap van wens naar werkelijkheid" en "Hoe maak ik goud van mijn leven". Op zijn veelbezochte website www.geertkimpen.com geeft hij uitgebreide achtergrondinformatie over zijn boeken. Hij is getrouwd met auteur Christine Pannebakker en heeft één dochter, Zonneke.